Dit artikel is afkomstig uit de Mantel maggezien, een tijdschrift voor Utrechtse mantelzorgers.
In Utrecht werkt het Ervaringsmaatjesproject van Handje Helpen samen met U-Centraal, de uitgever van het magazine.

Anne* (nu 26 jaar) werd al op jonge leeftijd mantelzorger. Haar moeder heeft borderline en had tijdens Annes jeugd psychoses en angstaanvallen. “Ik moest voor haar zorgen en kreeg steeds meer taken in huis. Nooit heb ik als kind geweten dat ik mantelzorger was.”

Kinderbescherming
“Mijn moeder kon vroeger terugvallen op een groot netwerk van familie en vrienden. Totdat we verhuisden. Als mijn vader naar zijn werk was, zat ik de hele dag in de box en keek mijn moeder niet naar me om. Buren dreigden de kinderbescherming in te schakelen; hadden ze dat maar gedaan. Het ging steeds slechter en mijn ouders besloten te scheiden. Dat zorgde voor een breuk in de familie. Mijn moeder eigende zich de kinderen toe en brak met de familie. Daardoor raakten we geïsoleerd.”

Moeder geruststellen
“Hoe ouder mijn broers en ik werden, hoe meer we in het huishouden moesten doen. Toen mijn broer uit huis ging, deed ik alles. Koken, voor mijn broertje zorgen, mijn moeder geruststellen als ze een angst- of paniekaanval had. Ik veranderde van een vrolijke peuter in een stil en angstig kind. We hadden elke avond ruzie en ik ging vaak zonder eten naar bed. Ik kreeg kinkhoest, mijn broertje longontsteking. Door ondervoeding herstelden we maar langzaam. We moesten altijd op onze hoede zijn. Het kleinste geluid kon haar al triggeren. Vaak was er ook sprake van fysiek geweld. Eigenlijk was ze nooit een moeder voor ons; ze wist totaal niet waar wij behoefte aan hadden.” “Ik veranderde van een vrolijke peuter in een stil en angstig kind”

Gepest op school
“Mijn moeder voerde een gevecht met de wereld en maakte ons daar slachtoffer van. We zijn zes keer verhuisd en ik heb op vier basisscholen gezeten. Ik was nerveus, angstig in de klas en droeg tweedehands kleren. Klasgenootjes voelden feilloos aan dat ik anders was. Ik was een makkelijk doelwit en ben dan ook heel veel gepest. Terwijl ik alleen maar zocht naar een veilige plek op school, met liefde en acceptatie.” Het werd niet gezien “Het was een heel treurige situatie.
Het werd niet gezien
“Het was een heel treurige situatie. Professionals hadden het moeten zien. Er is ooit wel iemand van jeugdzorg geweest en er zijn gesprekken geweest over opname van mijn moeder. Maar ze had ook wel betere periodes en was een knappe, charismatische vrouw. Ze werkte alle professionals zo weer de deur uit. Er werd niet gezien hoe slecht het ging. Er zijn tot op de dag van vandaag familieleden die niet doorhebben hoe erg het was.”

Afstand nemen
Vijf jaar na de scheiding kreeg Anne eindelijk weer contact met haar familie en ging ze het huis uit. “Ondanks alles was het moeilijk om afstand te nemen van mijn moeder. Wat moest ze zonder ons? Maar er was geen ruimte voor kinderen in haar leven. Ik heb eerst een jaar bij mijn oma van mijn vaders kant gewoond. Zo kon ik rustig mijn school afmaken. Dat was een verademing. Daarna trok ik bij mijn vader in. Ik dacht: nu kan ik de hele wereld aan. Ik kan alles vergeten. Maar het kwam keihard terug. Ik kreeg PTSS en liep achter in mijn emotionele ontwikkeling.”

Verwerken van trauma
“Ik werk al jaren aan het verwerken van mijn trauma en verdriet door middel van intensieve therapie. Ik moet accepteren dat mijn moeder nooit een moeder voor me is geweest. Ik moet weer leren om emoties te mogen hebben, om geaccepteerd te worden zoals ik ben en mezelf te zien als een individu. Als ik straks kinderen krijg, wil ik dat ze opgroeien in een veilige omgeving.” “Ik moet accepteren dat ze nooit een moeder voor me is geweest”

Empathisch vermogen
Anne studeert nu aan het Utrechts Conservatorium. Door alles wat ze meemaakte heeft ze een extreem empathisch vermogen ontwikkeld. “Ik geef naast mijn studie muzieklessen aan kinderen en speel voorstellingen. Ik vraag voor de les aan elke leerling hoe het gaat. Als een leerling lading draagt, dan praat ik daarover in een mate waarin zij daar klaar voor zijn. Ik geef ze erkenning, zonder hun verdriet op te zoeken. Dat merken kinderen. Ze voelen dat ze met alles bij me terecht kunnen. Daarna gaan we in een veilige, ontspannen sfeer met muziek aan de slag.”

Geen keus
“Korte tijd geleden dacht ik nog dat je ervoor koos om mantelzorger te zijn. Eventueel tegen een vergoeding. Ik wist niet dat je er ook door de situatie toe gedwongen kon worden. En ik wist al helemaal niet dat je als kind mantelzorger kunt zijn. Je ziet altijd allemaal blije mensen in magazines en op websites die voor een ander zorgen. Ik voelde me daardoor niet aangesproken. Ik moest voor mijn moeder zorgen; ik had geen keus. Jonge mantelzorgers mogen meer gezien worden.”

Trek aan de bel
“Instellingen moeten nog beter hun best doen om jonge mantelzorgers te vinden. Bijvoorbeeld voorlichting geven op scholen, vooral basisscholen. Want als kind weet je vaak niet beter. Wij zijn niet zo veerkrachtig als wordt gedacht. Trek aan de bel als je denkt dat het met een kind niet goed gaat.”
*Anne heeft geen contact meer met haar moeder. Omdat ze graag haar verhaal wilde delen zonder iemand te kwetsen, is een pseudoniem gebruikt. Haar echte naam is bij de redactie bekend.